Duitsland biedt na 88 jaar excuses aan voor Gernika

zondag, 30 november 2025 (14:19) - InSpanje

In dit artikel:

Achtenentachtig jaar na het bombardement op Gernika bood de Duitse president Frank‑Walter Steinmeier in de Baskische stad formeel excuses aan voor de aanval van 26 april 1937. Als eerste Duitse staatshoofd trad hij persoonlijk op de plek waar het Legioen Condor – een eenheid van nazi‑Duitse vrijwilligers, met steun van de Italiaanse fascistische luchtmacht – urenlang de stad bestookte en brand veroorzaakte; daarbij vielen honderden doden en raakten grote delen van Gernika in puin. Twee dagen vóór zijn bezoek had Steinmeier Picasso’s Guernica in het Museo Reina Sofía bekeken, een bewuste symbolische voorbereiding op de plechtigheid in Baskenland.

Op 28 november namen Steinmeier en koning Felipe VI deel aan een herdenkingsceremonie op het kerkhof van Zallo, legden een krans bij het mausoleum van de slachtoffers en hielden een minuut stilte terwijl de klok van de kerk San Juan de Ibarra luidde. In het Museo de la Paz benadrukte Steinmeier dat de Duitse luchtmacht in Gernika “zware misdaden” heeft begaan en dat “de terreur en het verdriet nog altijd voortleven in veel Baskische families”. Tijdens de plechtigheid spraken zij met twee overlevenden, wat de gebeurtenis een directe menselijke lading gaf.

De erkenning is historisch omdat Duitsland al in 1997 schuld erkende via president Roman Herzog, maar Steinmeier de eerste is die ter plaatse publiekelijk excuses aanbiedt. Niet iedereen in Baskenland verwelkomde de ceremonie: enkele Baskische partijen boycotten vanwege de aanwezigheid van koning Felipe VI, die in delen van de regio wordt gezien als symbool van Spaans centralisme.

Het bombardement van Gernika geldt als een vroeg voorbeeld van grootschalige luchtaanvallen op burgers en fungeerde als test voor nieuwe oorlogstactieken; Picasso’s Guernica maakte de verwoesting internationaal bekend en het beeld groeide uit tot symbool tegen oorlog en fascisme. Voor overlevenden en hun nazaten betekent de excuses een vorm van collectieve erkenning; breder gezien herinnert de gebeurtenis Europa aan de gevaren van oorlog, terreur en totalitarisme, een waarschuwing die volgens betrokkenen relevant blijft nu extremistische ideeën weer terrein winnen.