Landschildpadden Spanje bedreigd in hun voortbestaan door mens en natuur

zaterdag, 6 september 2025 (09:33) - InSpanje

In dit artikel:

De twee inheemse landschildpaddensoorten van Spanje — de mediterrane landschildpad (Testudo hermanni) en de Moorse landschildpad (Testudo graeca) — staan onder zware druk en lopen risico op lokale uitroeiing zonder intensieve beschermingsmaatregelen. De mediterrane soort komt van nature alleen voor in een klein deel van Catalonië (vooral Sierra de l’Albera) maar is dankzij herintroducties ook in gebieden als het Garraf-massief, Sierra de Montsant, de vallei van de Gaià en Delta del Ebro teruggezet; op de Balearen bestaan enkele populaties. De Moorse landschildpad heeft een meer zuidelijke verspreiding, met populaties in zuidoostelijk Spanje (delen van Murcia, noordelijk Almería), in het nationale park Doñana en mogelijk op Mallorca.

Meerdere factoren bedreigen deze schildpadden: verlies en versnippering van habitat door infrastructuur, landbouwexpansie en verstedelijking zorgen voor geïsoleerde populaties en afname van genetische diversiteit. Illegale handel en het houden als huisdier onttrekken veel dieren aan het wild; opvangcentra in Catalonië registreren jaarlijks meer dan 3.000 mediterrane landschildpadden uit particulier bezit. Predatie door wilde zwijnen — die eieren en jonge dieren opgraven — én door vossen, bunzingen en kraaien verhoogt de jongensterfte. Daarnaast schaadt klimaatverandering de voortplanting: langere droogtes kunnen eieren en juvenielen doen verdrogen; temperatuur tijdens broed bepaalt bovendien het geslacht van de jongen (hoger = meer vrouwtjes).

Kenmerken: de mediterrane soort heeft een geel met donker schild en een gespleten staartplaat, bereikt 13–20 cm en leeft vaak ruim 50 jaar; de Moorse soort is donkerder en kwetsbaarder door een beperkter verspreidingsgebied. Beide graven in het voorjaar nestjes en leggen doorgaans drie tot vier eieren per legsel.

Er lopen herintroductie- en herstelprojecten (onder meer rond de Gaià) geleid door ecologen zoals CREAF, die naast uitzetting ook habitatverbetering uitvoeren (schuilplaatsen, voedselplanten). Wettelijke bescherming bestaat via onder andere de Bern-conventie en CITES, maar behoud vergt meer handhaving, blijvende habitatbescherming, educatie en connectiviteit tussen leefgebieden om deze kwetsbare soorten toekomst te bieden.