Onderzoek naar vrouw Spaanse premier wegens mogelijke malversatie toegestaan
In dit artikel:
De Audiencia Provincial van Madrid heeft bepaald dat het onderzoek naar Begoña Gómez, de echtgenote van premier Pedro Sánchez, mag worden voortgezet. Zij wordt verdacht van malversatie in verband met de aanstelling van haar vertrouwelinge Cristina Álvarez als assistente in het regeringspaleis La Moncloa; de onderzoeksrechter meent dat Álvarez formeel een publieke functie kreeg maar feitelijk vooral privéwerk voor Gómez zou hebben verricht, met mogelijk nadeel voor de staatskas.
De rechters vinden dat er voldoende aanwijzingen zijn om een gerechtelijk onderzoek te rechtvaardigen, ook al is schuld nog niet bewezen. Ze wijzen erop dat de benoeming afweek van de gebruikelijke praktijk — normaal gaat zo’n post naar een protocolspecialist — en dat Álvarez kennelijk vrijwel permanent beschikbaar was, wat meer past bij persoonlijke dan publieke taken.
Het besluit betekent niet dat Gómez direct wordt aangeklaagd; het dossier blijft open en alleen bij voldoende bewijs volgt mogelijk een formele vervolging. Eerder probeerden Gómez en Álvarez al het onderzoek te laten seponeren maar die poging is verworpen.
De zaak trekt veel mediaaandacht vanwege de nauwe band met de premier. Gómez ziet zich daarnaast met meerdere lopende onderzoeken geconfronteerd (over invloedssfeer, academische werkzaamheden en vermeend misbruik van middelen), maar zij is nog in geen enkele zaak veroordeeld; enkele oorspronkelijke beschuldigingen, zoals rond Air Europa, zijn inmiddels deels afgezwakt of geseponeerd.